De structuur van je persbericht is superbelangrijk. Natuurlijk wil je dat je bericht geplaatst wordt… maar dat gebeurt pas als de redactie denkt dat het ook gelezen zal worden. Waar moet je op letten?
- Een pakkende titel. Die kun je ook voor het laatst bewaren, als je de tekst geschreven hebt. Maar probeer het als experiment eens andersom: bedenk een pakkende kop, en neem die als uitgangspunt.
- Eerste alinea. Die wordt in veel kranten vet gezet (check hoe dat in de krant van jouw keuze is). Samen met de titel (kop) van je persbericht hoort de eerste alinea de 5 W’s te bevatten: wie, wat, waar, waarom, wanneer. En één H: Hoe. Dus: voor wie (of door wie) wordt er wat georganiseerd. En waar, waarom, wanneer en hoe vindt dat plaats.
Dat is heel veel informatie in een klein stukje… en hoewel het een ijzeren regel lijkt, loont het de moeite er soms van af te wijken, met name als je voor weblezers schrijft. ‘Pakkend’ is hier belangrijker dan ‘volledig’… want wie de lezer raakt, krijgt de ruimte om in de rest van het bericht de informatie mee te delen. Maar een goede oefening is het streven naar volledigheid wel. Begin dus met die informatie kort en krachtig op te schrijven: geef de antwoorden op de W-vragen (en die ene H). Let op dat het helder én enthousiasmerend is! - Volgende alinea’s. De details. Omdat je eerste alinea kort en krachtig moet, bewaar je de details voor later. Dus eerst de aandacht van de lezer pakken. Wie geïnteresseerd is geraakt, leest immers wel verder? Deze vervolg-alinea’s zijn ook geschikt om andere informatie te geven: achtergronden, ontstaansgeschiedenis, een citaat van jou of van een klant. De volgorde maakt daarbij minder uit, je mag best creatief denken… maar verplaats je wel in de lezer. Blijft het een logisch en helder verhaaltje?
Wil je meer inspiratie? Lees dan vooral eens andere artikelen in de krant of nieuwssite van jouw keuze en gebruik hun structuur als sjabloon. Vergeet na het schrijven niet alles te controleren op taalfouten, zet je persbericht in de goede vorm en verstuur het!